Geluk zit in de goed-opgevoede gedachte.

06-02-2024

'Ik word nooit meer gelukkig', hoor ik onlangs mijn moeder zeggen terwijl ze in haar late zestigerjaren wil scheiden van mijn vader door een drankverslaving die bij haar de spuigaten uitloopt. Voor mijn moeder is het te veel om samen te leven met een man die er nooit echt helemaal bij is. Dat begrijp ik. 'Ik word nooit meer gelukkig omdat ik geen goede man heb', is nu haar overtuiging. Word je werkelijk nooit meer gelukkig als je geen goede man hebt om mee samen te leven? Laatst vertelde een kennis over het fenomeen: denkfouten. Een denkfout wil zeggen dat je overtuigd bent van dingen die voelen als echt en niet echt zijn. Wat je denkt klopt soms niet. 'Ik word pas gelukkig als ik een vaste baan heb, want dan heb ik een vast inkomen. Ik word pas gelukkig met een goede partner, want dan ben ik niet alleen. Ik word pas gelukkig als ik een eigen huis koop, want dan verspil ik geen geld aan huur. Ik word pas gelukkig als ik op reis kan, want dan ontspan ik echt. Ik word pas gelukkig met deze outfit, want dan ben ik bijzonder. Ik word pas gelukkig na deze cursus, want dan beteken ik meer.' Ik dus zoek altijd iets buiten mezelf wat mij gelukkig gaat maken. Alsof geluk iets is wat je verdient of niet verdient. Iets wat je koopt of kan bezitten. In die verstrooide zoektocht binnen een onverzadigbare wensenlijst gaat alle tegenwoordige vreugde gewoon aan jou en mij voorbij. Mag ik zeggen dat geluk er altijd is in iets kleins wat je wil opmerken en waar je dankbaar voor kan zijn? Ik snap dat een opeenhoping aan uitdagingen het vinden van geluksmomentjes weleens tot een lastige onderneming maakt. Toch al die tijd heb ik meegewerkt aan mijn ongeluk. Door niet meer te geloven in mezelf. Mijn moeder gelooft ook niet meer in zichzelf. Daarom probeert ze nu al zeven jaar los te komen van een man waar ze niet blij van wordt. Ze blijft ronddraaien in denkfouten die haar een alibi geven om de scheiding uit te stellen: 'Ik word nooit meer gelukkig.'

Ik word zelf gelukkiger als ik stop met kijken naar wat anderen hebben en ik niet. De geluknorm huisje tuintje kindje beestje herdefinieer ik al een tijdje tot iets wat voor mij nu haalbaar is. Bijvoorbeeld. Ik ben gelukkig omdat ik goed geslapen heb vannacht, mag zelfs nog wat minder zijn want mijn nacht was niet geweldig, Ik ben gelukkig omdat ik deze nacht gerust heb. Dat ik niet kon doorgeslapen is ondergeschikt aan de meevaller: ik heb gerust. Dat is mooi meegenomen. En straks neem ik even pauze om bij te tanken. Want als we onze gedachtegangen opvoeden tot positief denken stoppen we het stampvoetend kind in ons dat altijd iets anders wil en nooit tevreden is. Ik heb het niet altijd voor 't zeggen als het gaat over wat er in mijn leven gebeurt. Het is wel mijn keuze om wat er gebeurt aan te kijken als een half glas leeg of half glas vol. Als ik elke dag opnieuw kan uitspreken wat mij gelukkig maakt, hoe klein en onbelangrijk het misschien ook lijkt, dan word ik een gelukkiger mens. Als ik een gelukkiger mens ben, wordt mijn omgeving ook gelukkiger. Zo trek ik geluk aan. Dat is mijn vrijdenken.

We hadden in onze familie een priester. Een menselijke lichtstraal aan Christusliefde die mijn atheïsme in helderheid kon milderen. Hij is behoorlijk verdrietig geweest om het gemis van een vrouw. Toch overschaduwde dat gebrek zijn levenslust niet. Hij verheugde zich werkelijk om alles. Van vogelgezang tot de schaterlach van een vreemd kind. Hij had zichzelf hierin bewust getraind, vertelde hij me op een keer. Het was de heilige geest zei hij, wat ik dan weer vrijuit vertaal in het gezonde denken. Geluk is niet iets wat je wint of verliest, wat je wel of niet hebt. Echt geluk kost geen geld. Geluk is de keuze om in het hier en nu te ontspannen in een dankbare glimlach om wat er wel is. Ons eigen leven zo in te richten dat we er meer geluk uit halen. Geloven in ons potentieel. De kracht van geluk wordt meebepaald door de intensiteit waarin we ons brein opvoeden. Een welopgevoede gedachte vindt altijd wel iets om zich op te verheugen. Iets eenvoudigs.

'Ik ben ongelukkig omdat ik samenwoon met een verslaafde man', verandert dan in 'Ik word gelukkig omdat ik niet hoef samen te wonen met alcoholverslaving'. Aansluitend brengen we het geluk nog dichterbij 'Ik ben gelukkig omdat ik de keuze heb om mijn leven te veranderen als ik dat graag wil.'


Mademoiselle Marteaux